Woord vooraf

Rch biedt hulp, ondersteuning en zorg aan volwassenen en jeugdigen. Daarnaast zijn we ook actief op het terrein van ambulante (thuis)begeleiding en dagbesteding.  Bij het verlenen van goede zorg past ook een goede omgang met klachten. Het kan immers wel eens voorkomen dat u of jij ergens niet tevreden over bent. Dit kan de door ons geboden zorg zijn, maar ook kunt u een klacht hebben over de organisatie of de bejegening. Soms zijn de verwachtingen ten aanzien van de zorg anders dan de daadwerkelijk geboden hulp. Laat het ons dan weten. Een gesprek met de  betrokken persoon helpt onvrede meestal snel de wereld uit. Maar soms is dat niet voldoende. In dat geval kunt u een klacht bij ons indienen.

Deze regeling voldoet aan de voorwaarden op het gebied van klachtrecht zoals opgenomen in de Jeugdwet. Daarnaast houdt de regeling ook rekening met de regelgeving hierover op het gebied van de Wet maatschappelijke ondersteuning. Wij vinden het van belang dat  klachten van onze cliënten zorgvuldig en bij voorkeur zo laagdrempelig en zo effectief mogelijk worden afgewikkeld. RCH Zorg en Begeleiding B.V. wil graag leren van klachten en incidenten in de zorgverlening om zo de zorg te kunnen verbeteren.

Het doel van deze klachtenregeling is het bieden van een procedure voor opvang, bemiddeling en behandeling van klachten van cliënten. De klager wordt bij deze procedure serieus genomen en er wordt getracht de onvrede op te lossen en de relatie tussen de klager en RCH Zorg en Begeleiding B.V. te herstellen.
De klachten kunnen (structurele) tekortkomingen in de zorg- en dienstverlening aan het licht brengen. RCH Zorg en Begeleiding B.V. kan hiervan leren en de klachten aanwenden voor kwaliteitsverbetering van de verleende zorg.

Indienen klacht

Heeft u vragen over de mogelijkheden om een klacht in te dienen? Wilt u advies of ondersteuning? Neem dan contact met ons op.

 

Algemene bepalingen

Artikel 1 – Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. Betrokkene: degene op wie de klacht betrekking heeft. Dit kan de zorgaanbieder zelf dan wel een medewerker van de zorgaanbieder betreffen.
b. Cliënt: een natuurlijke persoon die gebruik maakt of gebruik heeft gemaakt van de ondersteunende en/of zorg verlenende diensten van de zorgaanbieder.
c. Gemachtigde: iemand die middels een schriftelijke machtiging bevoegd is namens de (ex)cliënt of nabestaande op te treden.
d. Hij/zij: Waar “hij” staat in deze regeling kan ook “zij” worden gelezen.
e. Klacht: elke uiting van onvrede over een handeling, of het nalaten daarvan, als mede over het nemen van een besluit door de zorgaanbieder of door een persoon die voor de zorgaanbieder werkzaam is, dat gevolgen heeft voor een cliënt.
f. Klachtbehandelaar: degene die belast is met de behandeling van de informele klacht.
g. Klachtencommissie: de externe commissie om klachten te behandelen van cliënten die zorg op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning en/of Jeugdwet                ontvangen.
h. Klachtenfunctionaris: de door de zorgaanbieder voor de zorg aangewezen persoon die een klager op diens verzoek gratis van advies dient met betrekking tot het indienen van een klacht en het onderzoeken van de mogelijkheden om tot een oplossing van de klacht te komen.
i. Klager:  de persoon die, al dan niet namens zichzelf, een klacht indient. Op grond van de Jeugdwet kunnen dit zijn: de jeugdige (cliënt), ouder, ouder zonder gezag, voogd, degene die anders dan als ouder samen met de ouder het gezag over de jeugdige uitoefent of de pleegouder.
j. Wettelijk vertegenwoordiger: de ouder, voogd, curator of andere vertegenwoordiger op grond van wetgeving of na rechterlijke uitspraak, die namens de cliënt optreedt om de belangen van de cliënt die niet tot een redelijke waardering van zijn belangen in staat is, te behartigen.
k. Zorgaanbieder: RCH Zorg en Begeleiding B.V. , gevestigd te Enschede, rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar bestuurder.

Artikel 2 – Indiening klacht

1. Een cliënt heeft het recht om over de wijze waarop de zorgaanbieder zich in een bepaalde aangelegenheid jegens hem heeft gedragen, een klacht in te dienen bij de zorgaanbieder.
2. Het recht tot indiening van een klacht komt ook toe aan een van de andere personen zoals omschreven in artikel 1 sub i en j.
3. Een klacht kan mondeling en/of schriftelijk worden ingediend. Indien een klacht mondeling wordt ingediend, wordt deze informeel afgedaan. Lukt dit niet, dan wordt de klacht op schrift gesteld en ter behandeling aan de klachtencommissie voorgelegd. Op dat moment vangt de termijn om de klacht af te doen aan.
4. Klager kan zich voor (informele) klachtopvang wenden tot de betrokkene. Ook kan hij zich wenden tot de klachtenfunctionaris, die de opties voor afhandeling van de klacht met klager bespreekt.
5. Voor een formele klachtbehandeling kan klager zich, indien de klacht betrekking heeft op zorg verleend op grond van de Jeugdwet, te allen tijde rechtstreeks wenden tot de klachtencommissie. Hiervoor moet de klacht op schrift gesteld zijn.
6. Het klaagschrift wordt ondertekend en bevat ten minste:

a. de naam en het adres van de cliënt;
b. een omschrijving van de gedraging waartegen de klacht is gericht; en
c. tegen wie de klacht is gericht.

7. Ook over de weigering van de zorgaanbieder om een persoon in het kader van de zorgverlening als vertegenwoordiger van een cliënt te beschouwen, kan door die persoon schriftelijk een klacht worden ingediend.
8. In geval van complexe klachten, zulks ter beoordeling van de klachtenfunctionaris en in overleg met de klager, wordt deze doorgeleid naar de klachtencommissie.
9. Klager kan zijn klacht te allen tijde intrekken.

Artikel 3 – Niet-behandelen klacht

1. Een klacht hoeft niet te worden behandeld indien:

a.     de klacht kennelijk ongegrond is;
b.     er door klager reeds eerder een klacht over dezelfde gedraging is ingediend en behandeld;
c.     indien het belang van de klager dan wel het gewicht van de gedraging kennelijk onvoldoende is;
d.     de klacht het algemeen functioneren (zoals beleid en interne regels) van de zorgaanbieder betreft;
e.     er inmiddels naar behoren aan de klachten tegemoet is gekomen door de zorgaanbieder;
f.      de klacht reeds bij een andere bevoegde instantie in behandeling is of door die instantie is afgedaan.

2. Van het niet in behandeling nemen van de klacht wordt zowel klager als betrokkene(n) zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift schriftelijk in kennis gesteld.

Artikel 4 – Zorgvuldigheid

De klacht wordt op zorgvuldige wijze onderzocht en is gericht op het herstel van de relatie en het bereiken van een voor klager en zorgaanbieder bevredigende oplossing.

Artikel 5 – Inzage dossier

De klachtenbehandelaar(s) heeft/hebben recht tot inzage in het zorgdossier, mits hiervoor uitdrukkelijke toestemming is verleend door klager (met uitzondering van de ouder zonder gezag). Deze toestemming kan worden verkregen middels een machtiging die als bijlage bij deze regeling is gevoegd.

Artikel 6 – Kosten

  1. Voor de inschakeling van de klachtenfunctionaris en/of klachtencommissie worden aan de klager geen kosten in rekening gebracht.
  2. De kosten die klager op eigen initiatief maakt, bijvoorbeeld door het inschakelen van een vertegenwoordiger, deskundige of getuige, moeten door klager zelf worden gedragen en komen niet voor vergoeding in aanmerking, tenzij de zorgaanbieder hierover anders beslist.

Informele klachtopvang door betrokkene

Artikel 7 – Taken van de betrokkene

De betrokkene probeert de oorzaken van de klacht weg te nemen en de relatie met klager te herstellen. Door het ophelderen van misverstanden, toelichten van onduidelijkheden, erkennen van fouten en/of aanbieden van excuses wordt getracht het ongenoegen weg te nemen. Tevens geeft hij advies over de andere mogelijkheden van het indienen van de klacht, indien het rechtstreekse contact niet het gewenste effect heeft.

Artikel 8 – Registratie werkzaamheden

De klachtbehandelaar registreert zijn werkzaamheden, bevindingen en de resultaten daarvan.
In het zorgdossier wordt geen informatie bijgehouden over de inhoud en de afhandeling van de klacht. De afspraken die uit de klachtopvang volgen worden wel vastgelegd in het zorgdossier.

Klachtbehandeling door de klachtenfunctionaris

Artikel 9 – Benoeming

De zorgaanbieder benoemt op voordracht van het CBKZ te Gorinchem een of meerdere onafhankelijke deskundigen in de functie van klachtenfunctionaris.

Artikel 10 – Onafhankelijkheid

  1. De klachtenfunctionaris mag niet betrokken zijn (geweest) bij de aangelegenheid waarop de klacht betrekking heeft.
  2. De klachtenfunctionaris voert zijn functie onafhankelijk uit en mag door de zorgaanbieder niet worden benadeeld wegens de wijze waarop hij zijn functie uitoefent. Hij kan zijn werkzaamheden naar eigen inzicht verrichten en hoeft daarover geen verantwoording af te leggen aan de zorgaanbieder.

Artikel 11– Geheimhoudingsplicht

Voor de klachtenfunctionaris geldt een geheimhoudingsplicht omtrent al hetgeen tijdens de uitoefening van zijn taak te zijner kennis komt en waarvan het vertrouwelijke karakter bekend kan worden geacht.

Artikel 12 – Mogelijkheden klachtbehandeling

De klachtenfunctionaris bespreekt de opties voor de afhandeling met de klager, te weten:

a. Het behandelen van de klacht door in gesprek te gaan met betrokkene;

b. Het behandelen van de klacht door de klachtenfunctionaris;

c. Het behandelen van de klacht door de klachtencommissie.

Ingeval zorg wordt verkregen op grond van de Jeugdwet en de klager dit wenst, kan klager zich ten allen tijde rechtstreeks wenden tot de klachtencommissie.

Artikel 13 – Taken van de klachtenfunctionaris

De klachtenfunctionaris ondersteunt klager en richt zich bij het verrichten van zijn werkzaamheden op het bereiken van een zo bevredigend mogelijke oplossing voor de klacht. De ondersteuning bestaat al naar gelang de behoeften van klager uit:

  1. Advies met betrekking tot de indiening van een klacht;
  2. Bijstand bij het (schriftelijk) formuleren van de klacht;
  3. Onderzoek naar de mogelijkheden om de klacht aan de orde te stellen;
  4. Advies over eventuele andere klachtprocedures;
  5. Bemiddeling tussen klager enerzijds en de betrokkene(n) anderzijds;
  6. Toeleiding van klager in de klachtenbehandeling bij de klachtencommissie in geval van complexe klachten of klachten op grond van de Jeugdwet;
  7. Het instellen van zelfstandig onderzoek in geval er sprake is van signalen over een ernstige situatie of klachten met een structureel karakter.

Artikel 14 – Schriftelijke bevestiging

De ontvangst van de klacht wordt schriftelijk bevestigd. Klager wordt hierbij op de hoogte gesteld van het verloop van de procedure.

Artikel 15 – Afschrift aan betrokkene

Degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, ontvangt een afschrift van het klaagschrift alsmede van de daarbij meegezonden stukken. Tevens wordt hij op de hoogte gesteld van het verloop van de procedure.

Artikel 16 – Afschrift aan de zorgaanbieder

De zorgaanbieder wordt een afschrift van het klaagschrift alsmede van de daarbij meegezonden stukken toegezonden. Tevens wordt hij op de hoogte gesteld van het verloop van de procedure.

Artikel 17 – Vervallen voortzetting klacht

Klachten worden zoveel mogelijk op informele wijze afgedaan. Zodra naar tevredenheid van de klager aan diens klacht tegemoet is gekomen, vervalt de verplichting tot het voortzetten van de klachtprocedure. Wel ontvangen klager, betrokkene en de zorgaanbieder een schriftelijke bevestiging van de afhandeling.

Artikel 18 – Voortgang procedure

De klachtenfunctionaris bewaakt de termijnen en ziet erop toe dat de klacht   zorgvuldig wordt behandeld. Hij houdt klager, betrokkene en de zorgaanbieder op de hoogte van de voortgang van de behandeling van de klacht.

Artikel 19 – Bevoegdheden klachtenfunctionaris

De klachtenfunctionaris heeft bij het uitvoeren van zijn taken de volgende bevoegdheden:

a. Het uitnodigen van klager en betrokkene tot het geven van een (mondelinge of schriftelijke) toelichting op de klacht;

b. Het voeren van een bemiddelingsgesprek;

c. Toegang tot ruimtes waar cliënten zich bevinden;

d. Het inwinnen van informatie en opvragen van stukken bij de zorgaanbieder en derden, waaronder begrepen informatie uit het zorgdossier mits hiervoor toestemming is verleend;

e. Het gevraagd en ongevraagd informeren van medewerkers en de zorgaanbieder.

Artikel 20 – Inzet deskundige

  1. Klager, betrokkene en klachtenfunctionaris kunnen de zorgaanbieder verzoeken om de mening van een onafhankelijke externe deskundige te vragen.
  2. De zorgaanbieder beslist over de inschakeling van de extern deskundige.
  3. De bevindingen van de extern deskundige worden aan de klager, betrokkene en klachtenfunctionaris meegedeeld.

Artikel 21 – Rapportage en oordeel

  1. De klachtenfunctionaris stelt de zorgaanbieder schriftelijk en gemotiveerd in kennis van de bevindingen van het onderzoek naar de klacht, zijn advies daarover alsmede eventuele aanbevelingen en/of conclusies.
  2. De zorgaanbieder besluit of hij de bevindingen, het advies en de eventuele aanbevelingen en/of conclusies overneemt en stelt klager, betrokkene en klachtenfunctionaris schriftelijk en gemotiveerd in kennis van zijn oordeel over de klacht en eventuele maatregelen hij zal nemen.
  3. Indien de klacht de directeur in persoon betreft, wordt het besluit genomen door de voorzitter van de raad van commissarissen.

Artikel 22 – Afhandeltermijn

  1. De klacht dient zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen zes weken na ontvangst van het klaagschrift te zijn afgehandeld.
  2. De afhandeling kan voor ten hoogste vier weken worden verdaagd. Van de verdaging wordt schriftelijk mededeling gedaan aan de klager en betrokkene.
  3. Verder uitstel is mogelijk voor zover de klager daarmee schriftelijk instemt.

 Artikel 23 – Registratie werkzaamheden

  1. De klachtenfunctionaris registreert zijn werkzaamheden, bevindingen en de resultaten daarvan. De geanonimiseerde gegevens worden eens per jaar doorgezonden naar de zorgaanbieder.
  2. De dossiervoering, -bewaring en registratie geschiedt in overeenstemming met de eisen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming.
  3. De klager, betrokkene en zorgaanbieder hebben recht op inzage van het dossier van de klachtenfunctionaris, tenzij gewichtige redenen hiervan zulks verhinderen. Bij weigering van inzage dient dit schriftelijk te worden gemotiveerd.
  4. In het zorgdossier wordt geen informatie bijgehouden over de inhoud en de afhandeling van de klacht. De afspraken die uit de klachtbehandeling volgen worden wel vastgelegd in het zorgdossier.

Klachtbehandeling door de klachtencommissie  

Artikel 24 – Benoeming

Via het CBKZ te Gorinchem maakt de zorgaanbieder gebruik van een externe onafhankelijke klachtencommissie. Deze commissie bestaat uit drie door het CBKZ aangewezen onafhankelijke leden en evenzovele plaatsvervangers. De commissie wordt bijgestaan door een ambtelijk secretaris die geen deel uitmaakt van de commissie. De voorzitter en zijn plaatsvervanger zijn jurist. Ten minste één lid en een plaatsvervangend lid zijn vrouw. Bij de samenstelling van de commissie wordt gestreefd naar aanwezigheid van deskundigheid op het gebied van (jeugd)zorg.

Artikel 25 – Onafhankelijkheid

De leden van de commissie mogen geen arbeidsrechtelijke of bestuurlijke binding hebben met de zorgaanbieder, noch anderszins op directe wijze betrokken zijn bij de dienstverlening geboden door de zorgaanbieder.

Artikel 26 – Geheimhoudingsplicht

Voor de leden van de klachtencommissie, de plaatsvervangende leden en de ambtelijk secretaris geldt een geheimhoudingsplicht omtrent al hetgeen tijdens de uitoefening van zijn taak te zijner kennis komt en waarvan het vertrouwelijke karakter bekend kan worden geacht.

Artikel  27 – Verschoning en wraking

  1. Klager en/of betrokkene kunnen bezwaar maken tegen de deelneming van een lid van de commissie aan de behandeling van de klacht (wraking) wanneer er feiten of omstandigheden zijn die het vormen van een onpartijdig oordeel over de klacht bemoeilijken.
  2. De overige leden van de commissie beslissen of dit bezwaar terecht is gemaakt. Bij staking van stemmen wordt dit geacht het geval te zijn. De beslissing wordt schriftelijk medegedeeld aan de klager en de betrokkene.
  3. Een lid van de commissie kan zich onttrekken aan de behandeling van een klacht (verschonen) wanneer er feiten of omstandigheden zijn die het vormen van een onpartijdig oordeel over de klacht bemoeilijken.

Artikel 28 – Zittingsduur

  1. De zittingsduur van de commissieleden is bepaald op vier jaar met de mogelijkheid van herbenoeming voor een periode van vier jaar.
  2. Het lidmaatschap van de commissie eindigt tussentijds: door het overlijden van het commissielid; door schriftelijk bedanken van het commissielid; door het besluit van de zorgaanbieder tot ontslag in geval van verwaarlozing van de taak, verzaking van de geheimhoudingsplicht of wegens ander redenen op grond waarvan handhaving als commissielid niet in redelijkheid kan plaatsvinden.

Artikel 29 – Taken van de klachtencommissie

Tot de taken der commissie worden gerekend:

  1. Behandeling van klachten
  2. Bemiddeling tussen klager en de zorgaanbieder
  3. Jaarlijkse verslaglegging van haar werkzaamheden

Artikel 30 – Schriftelijke bevestiging en ontvankelijkheid

  1. De ontvangst van de klacht wordt schriftelijk bevestigd. Klager wordt hierbij op de hoogte gesteld van het verloop van de procedure.
  2. De commissie besluit binnen twee weken over de ontvankelijkheid van de klacht en of zij bevoegd is de klacht in behandeling te nemen. Klager en betrokkenen worden hiervan op de hoogte gesteld

Artikel 31 – Afschrift aan betrokkene

Degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, ontvangt, een afschrift van het klaagschrift alsmede van de daarbij meegezonden stukken. Tevens wordt hij op de hoogte gesteld van het verloop van de procedure.

Artikel  32 – Afschrift aan de zorgaanbieder

De zorgaanbieder wordt een afschrift van het klaagschrift alsmede van de daarbij meegezonden stukken toegezonden. Tevens wordt hij op de hoogte gesteld van het verloop van de procedure.

Artikel 33 – Vervallen voortzetting klacht

Zodra de klager zijn klacht intrekt, wordt de klachtbehandeling door de klachtencommissie gestaakt. Klager, betrokkene en de zorgaanbieder ontvangen een schriftelijke bevestiging van de intrekking van de klacht en het staken van de klachtbehandeling. 

Artikel 34 – Voortgang procedure

De ambtelijk secretaris bewaakt de termijnen en ziet erop toe dat de klacht   zorgvuldig wordt behandeld. Hij houdt klager, betrokkene en de zorgaanbieder op de hoogte van de voortgang van de behandeling van de klacht.

Artikel 35 – Bevoegdheden klachtencommissie en ambtelijk secretaris

De klachtencommissie en de ambtelijk secretaris hebben bij het uitvoeren van haar taken de volgende bevoegdheden:

  1. Het uitnodigen van klager en betrokkene tot het geven van een (mondelinge of schriftelijke) toelichting op de klacht;
  2. Het voeren van een bemiddelingsgesprek;
  3. Toegang tot ruimtes waar cliënten zich bevinden;
  4. Het inwinnen van informatie en opvragen van stukken bij de zorgaanbieder en derden, waaronder begrepen informatie uit het zorgdossier mits hiervoor toestemming is verleend;
  5. Het gevraagd en ongevraagd informeren van medewerkers, leidinggevenden en zorgaanbieder.

Artikel 36 – Hoorzitting

  1. De klachtencommissie kan besluiten tot het houden van een hoorzitting ten einde de klager en de betrokkene de gelegenheid te geven hun standpunten mondeling toe te lichten.
  2. In de regel worden partijen in elkaars aanwezigheid gehoord. Op gemotiveerd verzoek van een van de partijen kan de klachtencommissie hen afzonderlijk horen.
  3. Indien partijen afzonderlijk worden gehoord, draagt de klachtencommissie zorg voor een verslag van het besprokene. Dit verslag brengt de klachtencommissie ter kennis van de partij die niet aanwezig was tijdens het horen en geeft deze de gelegenheid om binnen een door de zittingscommissie te bepalen termijn te reageren.

Artikel 37 – Inzet deskundige

  1. Klager, betrokkene en klachtencommissie kunnen de zorgaanbieder verzoeken om de mening van een onafhankelijke externe deskundige te vragen.
  2. De zorgaanbieder beslist over de inschakeling van de extern deskundige.
  3. De bevindingen van de extern deskundige worden aan klager, betrokkene en klachtencommissie meegedeeld

Artikel 38 – Uitspraak  klachtencommissie

  1. De uitspraak van de klachtencommissie zal uiterlijk binnen 8 weken na ontvangst van de klacht door de klachtencommissie worden gedaan, welke termijn eenmaal met 4 weken kan worden verlengd.
  2. De uitspraak strekt tot een ongegrondverklaring van de klacht dan wel gehele of gedeeltelijke gegrondverklaring van de klacht.
  3. De klachtencommissie beslist met gewone meerderheid van stemmen over de vaststelling van een uitspraak,
  4. In ieder uitspraak beschrijft de commissie: a. de klacht waarop de uitspraak betrekking heeft; b. de standpunten van de klager en de aangeklaagde; c. het oordeel van de klachtencommissie en de motivering daarvan; d. de namen van de leden van de betrokken klachtencommissieleden; e. eventuele aanbevelingen van de klachtencommissie.
  5. De uitspraken van de klachtencommissie worden ondertekend door de voorzitter en de ambtelijk secretaris van de klachtencommissie.
  6. De klachtencommissie stuurt de uitspraak over een klacht, zo spoedig mogelijk na de hoorzitting, aan a. de klager; b. de betrokken cliënt, indien deze niet zelf de klager is; c. de betrokkene/zorgaanbieder.

Artikel 39 – Rapportage en advies

  1. De klachtencommissie stelt de zorgaanbieder schriftelijk en gemotiveerd in kennis van de bevindingen van het onderzoek naar de klacht, haar oordeel daarover alsmede eventuele aanbevelingen en/of conclusies.
  2. De zorgaanbieder besluit binnen vier weken of hij de bevindingen, het oordeel en de eventuele aanbevelingen en/of conclusies overneemt en stelt klager, betrokkene en klachtencommissie schriftelijk en gemotiveerd in kennis van zijn oordeel over de klacht en eventuele maatregelen hij zal nemen.
  3. Indien de klacht de directeur in persoon betreft, wordt het besluit genomen door de voorzitter van het bestuur.

Artikel 40 – Registratie werkzaamheden

  1. De klachtencommissie registreert haar werkzaamheden, bevindingen en de resultaten daarvan. De geanonimiseerde gegevens worden eens per jaar doorgezonden naar de zorgaanbieder.
  2. De dossiervoering, -bewaring en registratie geschiedt in overeenstemming met de eisen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming.
  3. De klager, betrokkene en zorgaanbieder hebben recht op inzage van het dossier van de klachtencommissie, tenzij gewichtige redenen hiervan zulks verhinderen. Bij weigering van inzage dient dit schriftelijk te worden gemotiveerd.
  4. In het zorgdossier wordt geen informatie bijgehouden over de inhoud en de afhandeling van de klacht. De afspraken die uit de klachtbehandeling volgen worden wel vastgelegd in het zorgdossier.

Overige bepalingen  

Artikel 41– Klacht over meerdere zorgaanbieders

  1. Indien de klacht meerdere zorgaanbieders betreft, wordt deze in overleg met die zorgaanbieders gecombineerd behandeld dan wel op een wijze die recht doet aan de samenhang tussen de zorg die de zorgaanbieders verlenen, zodat dit leidt tot een gezamenlijke oordeel dan wel een op elkaar afgestemd oordeel van de verschillende zorgaanbieders afzonderlijk.
  2. Voorwaarde voor behandeling als bedoeld in lid 1 is dat klager heeft gemeld dat hij de klacht ook bij een andere zorgaanbieder heeft ingediend en toestemming heeft gegeven voor gecombineerde behandeling van de klacht.

Artikel 42 – Melding en aangifte

  1. In geval van calamiteiten, tuchtwaardig handelen en/of grensoverschrijdend gedrag door een medewerker doet de zorgaanbieder daarvan melding aan de bevoegde toezichthoudende instantie. Bij zo’n melding wordt eerst met klager afgestemd over de eventuele beschikbaarstelling van tot de persoon herleidbare gegevens.
  2. Indien er sterke aanwijzingen zijn voor een strafbaar feit, doet de zorgaanbieder aangifte. De zorgaanbieder geeft zich daarbij rekenschap van het feit dat een aangifte diep ingrijpt in het leven van betrokkene en diens naaste omgeving. Alvorens tot aangifte te besluiten, overweegt de zorgaanbieder of er voldoende objectieve en toetsbare redenen zijn om dat te doen. In geval van twijfel, kan de zorgaanbieder klager wijzen op de mogelijkheid zelf aangifte te doen.

Artikel 43– Vergewisplicht zorgaanbieder bij calamiteiten

In geval van calamiteiten, tuchtwaardig handelen en/of grensoverschrijdend gedrag door een medewerker vergewist de zorgaanbieder zich zo spoedig mogelijk ervan de cliënt, zijn vertegenwoordiger dan wel de nabestaande(n) op de hoogte zijn of zijn gesteld van de klachtenregeling bij gebreke waarvan hij de regeling alsnog verstrekt.

Artikel 44 – Vaststelling en bekendmaking 

  1. Deze regeling treedt in werking op 1 oktober 2022.
  2. De zorgaanbieder brengt de regeling op een geschikte wijze onder de aandacht van cliënten en vertegenwoordigers van cliënten alsmede onder medewerkers zodat zij weten wat er van hen wordt verwacht in geval van een klacht en cliënt/klager kunnen verwijzen naar de klachtencommissie.
  3. Een exemplaar van de regeling ligt ten kantore van de zorgaanbieder ter inzage dan wel kan op verzoek kosteloos worden toegezonden.

Machtiging inzage behandelgegevens

In bepaalde gevallen kan het nodig zijn dat de klachtencommissie inzage krijgt in de behandelgegevens van de klager/cliënt. Indien de klager/cliënt hiermee akkoord gaat dient deze hiervoor schriftelijk toestemming te geven. Een formulier hiervoor wordt op aanvraag beschikbaar gesteld.

versie 1.0 oktober 2022

Algemeen

Rchtng

Parkweg 115

7545 MV

Enschede

053 2068525

info@rchtng.nl